donderdag 26 december 2013

2013

Terugkijkend op het afgelopen loopjaar is het een heel bijzonder jaar geweest.
Een jaar waarin ik, mede dankzij de onvoorwaardelijke steun van mijn lieve vrouw, zus en Hans en Winnifred, gestart ben op de Spartathlon. 
Een jaar waarin ik een record aantal trainingskilometers (bijna 6700 km) gemaakt heb. Vele samen met Jan- Albert, over de grens in de mooie bossen en over heuvels.
Vele samen met mijn loopmaatjes. Maatjes die meeleefden, een steun waren op momenten dat het even niet liep. Maatjes die spieren soepel masseerden, bemoedigende woorden hadden, zich verbaasden, zich verwonderden, hielpen, plezier hebben in onze sport, stimuleerden.
Met heel veel genoegen kijk ik terug naar het avontuur wat ik, samen met alle anderen, aanging.
Het was geen jaar van goede prestaties. Het was vooral een jaar waarin ik veel leerde op het gebied van  trainen, focussen, omgaan met tegenslagen en gaan voor een droom en passie. Mentale grenzen verlegd, lichamelijke grenzen opgezocht. Ultralopen is een mooie sport. Ultra lopen is een harde sport.  Het succes lag in 2013 niet bij de eindstreep. Het succes lag hem in de beleving, het samen met anderen beleven.
Als je wint heb je vrienden. Ik heb ervaren dat ik, zonder te winnen, ook  veel vrienden heb.

2013 zit er bijna op.
Zonder blessures, godzijdank zonder blessures.
En hoewel ik duidelijk meer aanleg heb voor de kortere afstanden zal 2013 nog niet het einde van mijn ultra aspiraties worden.  In maart bij Bertus op bezoek, in april lekker thuis een marathon,  in juni een hele lange in Luxemburg  en in september weer eens naar Henri  in het  Noorden.
Bey bey 2013, welkom 2014

dinsdag 10 december 2013

De cross


Een spandoek bedrukt met START en aan de andere kant met FINISH.
Lintjes om de te lopen route te duiden.
Een perceel bos, aangevuld met wat zand, modder, landbouwgrond, greppels en heuveltjes.
Een kudde mannen en vrouwen, jongens en meisjes.
Een startschot en kijken wie het snelste de vooraf bepaalde hoeveelheid rondjes kan rennen.
Een handvol publiek.
Meer heb je niet nodig.

De cross.

Het wintervermaak voor menig baan- en wegatleet.
Zo hard mogelijk rennen over onverharde ondergrond.
Het liefst op cross spikes.
Het liefst in singlet en korte broek.
Na afloop koffie of thee, een appel of een mandarijn. Smerige benen en natte sokken.
En soms voor de winnaars een tas met boodschappen.
De cross betekent: niet moeilijk doen, nummer opspelden en lopen.

Ik betrapte mezelf erop dat ik meer verwachtte, ook van deze crossjes.
Als ’s-avonds de uitslagen nog niet op internet staan …
Als de uitslagen niet kloppen ….
Als de informatie op de site anders is dan tijdens de wedstrijden ….
Als de competitie prijzen een klein bekertje blijkt te zijn …
 
We worden door de grotere, professionelere wedstrijden verwend.
Ik gedraag me verwend.
De cross moeten we koesteren.
Voor een paar euro een lekkere en leuke wedstrijd lopen.
De competitie aangaan, voor de einduitslag knokken en vechten.
Omkleden in een schuur, snert na afloop en stoere verhalen uitwisselen.
Dat is de cross.

Zo moet de cross blijven.

Foto: Suus
 

maandag 25 november 2013

Klaar


De avond ervoor tas inpakken, wedstrijd tenue, bidon, wat te eten, droge kleding;  klaar.

Op een normale tijd opstaan, wat eten, koffie, hond uitlaten,  ah daar zijn ze al; klaar.

Naar de wedstrijd rijden, rondje inlopen, rekken,  spikes aantrekken, sprintjes; klaar.

Startschot, 4 rondjes je uit de naad rennen, 40 minuten;  klaar.

Iets warms aantrekken, kletsen, rondje uitlopen, kletsen, wat drinken, kletsen;  klaar.

In de auto terug, wedstrijd analyseren, strategie bespreken, weer thuis; klaar.

Half twee, klaar om andere zaken te gaan doen.

Foto Suus
 

Ultralopen is leuk. Toch moet ik zeggen dat die korte wedstrijdjes me erg goed bevallen. Lekker overzichtelijk, duidelijk.  Geen gedoe over eten, drinken, doorkomst tijden. Veel gezelligheid, maatjes en makkers, concurrenten en vrienden, samen uit en thuis.  En een beetje voorin mee de strijd aangaan met de jonkies en leeftijdsgenoten.  Ik heb er erg veel  lol in maar dat andere kunstje is toch nog net niet helemaal klaar.

maandag 18 november 2013

Oldie


Afgelopen weekend liep ik een wedstrijd: de Bommelasloop.

Een halve marathon door het schitterende Buurseveen. Nu had ik voor die natuur weinig oog. Ik liep immers een wedstrijd en aangezien het tempo bij een halve marathon aardig hoog ligt heb ik daar bijna al mijn aandacht bij nodig. Daarboven op komt dat deze wedstrijd gedeeltelijk onverhard en op sommige delen zelfs blubberig is. Koppie erbij houden dus.
Eerst liep ik vlak achter een knaap. Voor ons liep een groepje van drie lopers waarvan twee te duiden zijn als jonge knapen. Daarvoor liep Benno, een oude rot in het loopvak, en vandaag koploper.
Eigenlijk wilde ik een beetje linkeballend achter die knaap aanlopen. Maar zonder erbij na te denken nam ik de kop over en moedigde de knaap aan om samen naar het trio toe te lopen: ‘kom op, kop over kop’.
‘Ik loop de 16’ hijgde de knaap. Sindsdien heb ik niets meer van hem vernomen. 



foto van de cross van vorige week; andere knaap.
Kilometer na kilometer liep ik op het trio te jagen. Het was duidelijk dat op het moment de jonge knapen op kop liepen het gat wat groter werd. Liep het oudje van de drie op kop dan kon ik wat dichterbij sluipen.
Benno was nooit meer in te halen.
Het oudje van de drie nam bij een post op zo’n 12 km tijd om te drinken. Die post sloeg ik over om hem in te halen en het tempo hard te houden.
We haalden lopers van andere afstanden in. Het oudje volgde. We haalden dames in, jonge dames, rennende dames met honden. Op zo’n moment moet ik ‘leuk doen’ en iets zeggen. Voor het oudje de genadeslag. Hij moest lossen, vermoedelijk in de wetenschap dat als ik nog ‘leuk’ kon zijn, ik nog lang niet moe was.

Niets is minder waar.

Ik zag Benno niet meer. Één van de jonkies liep slechts 16 km en was afgeslagen, de andere was verdwenen.
Ik liep hard, zo hard mogelijk en het wilde niet harder. Iets harder dan 15 kilometer per uur. Op derde positie, onmogelijk nog een plekje op te schuiven.
Na 1uur en 24 minuten en enkele uithijg minuten sprak ik Benno even. Het jonkie had hem toch nog te grazen genomen en Benno was tweede geworden.
Hij gunt het ze wel, die jonkies. Het zou gek zijn als ze hem niet zouden verslaan. Hij is immers al 46. ‘Jij bent toch ook al 50 geweest ?’ besloot hij zijn korte betoog.

Nee, Benno, zo oud ben ik nog niet.
Ik pakte mijn rugzak in en, nadat ik de organisatie even gedag had gezegd, begon ik mijn tien kilometer lange terugtocht zoals ik die ochtend ook gekomen was: hardlopend.
Ze moesten eens weten.
Die jonkies.
Ik, oud !?

 

zaterdag 2 november 2013

Groeimodel


Ooit was ik de enige loper binnen onze vereniging  die verder doorliep.   De eenling die een marathon niet voldoende vond en er  ‘lusjes’  aan vast plakte. De loper die in zijn eentje naar de Ardennen reed om er een ultra te lopen en na de wedstrijd het tentje weer inpakte en meteen naar huis terug reed. De loper die glimlachte bij de zoveelste opmerking in de trant van ‘ziet je vrouw je nog wel eens’ of  ‘ga je lopend naar de wedstrijd en weer lopend terug’ ook als die wedstrijd aan de andere kant van Nederland werd gehouden. De loper die glimlachte en bedankte voor de vele ‘respect’ uitingen. De loper die doorging, ook na tegenslag .



En heel voorzichtig waagden clubgenoten zich aan de langere afstanden. Informeerde men hoe je voor een langere afstand moet trainen. Marathonloper Cees als eerste. Dat verbaasde eigenlijk niemand. Vorig jaar plots een groepje lopers die na hun (eerste)  marathon wel eens 50 km als training wilde lopen (en symbolisch gehuldigd werden op het moment dat ze het 42,2 km punt passeerde). Rik, Nico, Simon. En gisteren durfden ook anderen weer  de stap te zetten (Cees naar 75 en op weg naar de 100, Freddy op de wachtlijst,  Melvin de 50, Simon en Rik weer de 50). Met z’n allen naar de Sallandtrail van Bertus.

 In één jaar tijd is de groep binnen  Ac-tion  die ooit verder liep dan de marathon verviervoudigd. Ik vind het geweldig, ik ben blij en ook een beetje trots. Het is gelukt om ook anderen zover te krijgen dat ze verder durven te kijken dan de marathon- afstand. Dat ze grenzen durven te verleggen en misschien ook weer anderen ertoe aan zetten ook  verder te kijken.  Bovenal is het leuk dat we met een mooie groep lopers bij Bertus op bezoek gaan. Bertus hielp mij ooit tijdens het stuntje ‘Enschede hele en halve marathon’ . Het is Bertus gelukt een loop te organiseren welke veel  lopers uitdaagt  de stap na de marathon te zetten (binnen 30 minuten was de 75 km vol, binnen 12 uur de 50 km vol). Natuurlijk lokt dat negatieve reacties op van ultra-lopers die een hekel hebben aan die drukte. Die niet om  00.00 uur achter de pc willen kruipen om een startbewijs te scoren. Die de sport klein willen houden (en wel lopen te zeuren dat de sport zo weinig aandacht krijgt).

Ooit was de marathon een kleine sport.  Zondag lopen er  duizenden in New-York.  Hoe meer zielen, hoe meer vreugd, hoe meer keuze. Ik gruwel van het massale en zal nooit in New-York lopen. Ik heb ontzettend veel zin om met clubgenoten straks in Nijverdal te lopen. En met net zoveel plezier hoop ik enkele weken later deel te kunnen nemen aan de relatief kleine 100km van  ‘Limburg Zwaarste’ Om daarna weer de drukkere Enschede Marathon te mogen lopen. 

Alles hopelijk met een vette grijns.

zondag 27 oktober 2013

i AMsterdam


Vorige week liep ik in Amsterdam. Eigenlijk alleen maar om mijn clubgenoten en familie aan te moedigen tijdens hun deelname aan de marathon.
Ik heb me  verbaasd.
Wat een ongelofelijke mensenmassa. Het begon al op zaterdag waar we in de sporthal het startnummer moesten ophalen. Deelnemers van over de gehele wereld komen naar Amsterdam om daar 42,2 km hard te lopen.  Op zondag krioelen al die lopers rondom het olympisch stadion. Allemaal mensen die zich (mag ik hopen) goed hebben voorbereid op de af te leggen afstand. Allemaal hebben ze langere duurlopen gedaan, hun trainingen zorgvuldig opgebouwd, aan hun snelheid gewerkt. Allemaal zien ze er perfect uit. Mooi loopsetje, nog mooiere loopschoenen en opvallend veel lopers met het nieuwste van het nieuwste op het gebied van loophorloges, GPS of andere electronica.  Overal waar ik kijk, hardlopers,  marathonlopers.  Al een tijdje loop ik afstanden die wat verder zijn dan de marathon. Niet zelden loop ik tijdens een training de marathon-afstand. Niet zelden loop ik enkele dagen achter elkaar (minimaal) de marathon afstand. Soms lopen enkele clubgenoten een stukje mee, soms loopt een collega ultraloper de gehele training mee. Vaak loop ik alleen.  En hier in Amsterdam lopen er zo ontzettend veel.  Allemaal bezig met hun uitdaging: de marathon.                                                                                                                                                                  Als het startschot gevallen is zie ik een groot gedeelte van deze massa voorbij lopen.  Op het 1 km punt, na 9 km, na 25 km en na 41 km zie ik ze weer.  Zodra ‘mijn’ ‘laatste’ loper langsgekomen is ga ik in een dribbelpasje naar het volgende punt om ze weer aan te kunnen moedigen. Ondertussen zie ik lopers, héél  veel  lopers.
Allemaal bezig aan hun marathon.  
Een loopster valt me op.  Ze is klein.  Ze loopt licht.  Armen een beetje hoog maar met een mooie, snelle en korte pas.   Ze heeft geen begeleider, geen haas, geen compagnon. Voor de vele mannen en vrouwen uit.  Alleen in de massa. Ook na 41 km loopt ze nog alleen. Ze schuift voorbij. Soepeltjes, lichtvoetig en snel.  Ik ken haar niet, weet niet wie het is. In de massa van Amsterdam valt ze op en naast mijn verbazing over de enorme deelname verbaas ik me dat iemand nog zo makkelijk  kan lopen. Als een hinde, een hert, een antilope. Tik, tik, tik en weg is ze.
Een week later blader ik door het foto-album van Bjorn Paree.   Clubgenoot Detmar staat er mooi op. En loopster 1398 staat er mooi op, Nicola Duncam.  Eindtijd 2.36.44
                                                                                                                                                                       

dinsdag 22 oktober 2013

woensdag 16 oktober 2013

Om een lang verhaal kort te maken.


Wie zit er te wachten op een verslag van mijn deelname aan de Spartathlon?

Een verslag over een week van acclimatiseren. Over mooie dagtochtjes met George, mijn Griekse vriend die ik tijdens de Enschede Marathon ontmoet heb. Over de eerste passen op die geweldige route (even slikken hoor), de ontmoeting met een Griekse herder die werkelijk geen woord Engels sprak, het bezoek aan de wijnboer, het strand, mijn hotelkamer die net iets groter was dan de trapkast van Harry Potter. Over het lezen van een boek bij de Acropolis, stiekem pasta’s koken in mijn hotelkamertje op een electrisch kookplaatje. Over frappés met medium suiker, kleine looptraininkjes, praatjes met hotel eigenaar Tony die me beloofde dat zodra mijn team er was we de mooiste kamers van het hotel zouden krijgen (because you are a nice guy) en dit ook daadwerkelijk deed.

Over wachten op mijn team op woensdag ochtend, ze als een gids rondom de Acropolis leiden en ze alles vertellen wat ik onthouden had van de overvloed aan informatie van George en zijn vrouw (die een zeer enthousiaste geschiedenislerares is). Over het ophalen van startnummers en een hylarische briefing waarbij iedere regel ontkracht werd door een allervriendelijkste ‘official’ die duidelijk maakte dat ze het niet altijd zo nauw nemen met al die regels. Over heerlijk Grieks eten in ons buurtje, samen met andere Griekse buurtbewoners en mijn liefste team. Over de wandeling naar de start, iedereen gespannen en vol verwachting. Een snel plasje (en iets meer) tussen de eeuwenoude stenen van de Acropolis, klaarmaken voor de start, vol vertrouwen, vol goede zin.

Over op weg gaan, de eerste passen van de Spartathlon 2013.  Brok in de keel, natte oogjes, slikken en nog even zwaaien naar mijn team.

Dwars door Athene, de ochtendspits, frisjes nog, lange rijen voor de Griekse banken. Mensen die boos kijken, die aanmoedigen, auto aan de kant zetten om te klappen, verbaasde zwerfhonden die even niet weten wat ze moeten doen en dus maar wat blaffen.

Over rustig blijven, iedere 20 minuten wat eten (een reepje of gelletje) en drinken.

Over een strakke wind op kop, lekker weer, uit de wind knetterheet, verzorgingsposten, dropbags die gewoon aangegeven worden, op 40 km voor het eest even contact met mijn team. Wat is het super hé om hier te mogen en kunnen lopen. Chaos in een dorpje, al lachend dwars door al het verkeer je weg zoeken, schoolklassen die langs de kant staan te joelen en natuurlijk een high five krijgen. De kuststrook die in mijn beleving veel langer zou moeten zijn. Gruwelijke stank van een industrie terrein. Een gel die niet smaakt en de grote en drukke post na ruim 80 km.

 

Over hoe goed ik me nog voelde en hoe dat 5 km omsloeg in een plotse misselijkheid gevolgd door flink overgeven. Schitterende olijf- en wijngaarden. De druivenboer die zijn werk even staakt en me een forse tros druiven aanbiedt (sorry maar ik voel me niet zo heel erg lekker). Over moeten eten en drinken, energie aanvullen, vocht aanvullen en een maag die dat niet wil en alles retour stuurt. Over mijn team die van alles probeert om me weer aan het eten en drinken te krijgen. Over even liggen om de maag tot rust te laten komen, vol goede moed weer op pad, het leek geholpen te hebben, het tempo zat er weer in. Over net op tijd bij de post aankomen, nog net voordat het echt donker werd en ik mijn koplamp kan aannemen. Over steeds meer tijdmarge kwijtraken, kotsen, struikelen, zwalken en zo gruwelijk lopen te balen in de wetenschap dat het op deze manier wel erg moeilijk gaat worden.

Over het liefste dorpje van de wereld waar iedereen zich verzameld had om ons aan te moedigen en meisjes bloemetjes voor onze voeten gooiden en een oud vrouwtje brood aanbood. Over George die plots opduikt in de nacht en aanbied me in de auto te volgen zodat ik beter zicht heb. Over iets onsamenhangend wat ik geantwoord moet hebben. Over absolute duisternis als ik even mijn lamp uitdoe en de hemel vol sterren zie, in de verte lichtjes van een dorp, lampjes van andere lopers.

Over de Engelsman die strompelt en het nog wel denkt te gaan halen; deze derde keer mag niet weer mislukken.

Over een kopje thee met suiker midden in de nacht, goed voor weer wat energie waardoor ik weer kan rennen. En als ook dat er weer uitkomt weet ik dat het niet gaat lukken. Op 139 km ga ik nog even liggen ook al is daar eigenlijk geen tijd meer voor, de post gaat sluiten. Over de laatste etappe, mijn team rijdt in de auto vooruit naar de volgende post. Een post waar ze niet mogen staan maar met slechts enkele minuten voor closing time is hen al snel duidelijk dat mijn tocht erop zit.

 

Een Griek die de chip voor de tijdsregistratie losmaakt, een startnummer moet ingeleverd worden en ik moet tekenen dat ik opgeef. George is er, mijn vier dierbaren zijn er. Ik krabbel mijn naam erop, voor wat het waard is. Om half drie ’s-nachts zit mijn Spartathlon er na 143 km op.

 

 

Op zaterdagavond zien we de laatste lopers in Sparta finishen.

Atleten die bijna 36 uur op weg zijn.  We applaudisseren, slikken, proberen tranen weg te drukken. Ik kan Leonidas zien staan, ongeveer 100 meter verder. Wat een mooi beeld. Dichterbij wil ik niet. Dat is weggelegd voor hen die het karwei weten af te maken. De laatste loper, iets na 36 uur.

 

Om een lang verhaal kort te maken.

Wat een bijzondere wedstrijd.

Ik kon en mocht er deelgenoot van zijn.

Samen met mijn team was het een geweldige tijd en alles bij elkaar een jaar om nooit te vergeten. Ups en downs, plezier en leed, glorie en verdriet.

Dit is sport.

 

Ik kan er geen vrede mee hebben om op deze manier de Spartathlon te moeten afsluiten.

Wat ben ik gezegend met zo’n geweldige vrouw en geweldige kinderen, zo’n lieve zus en aller-allerbeste vrienden die het allemaal zagen aankomen en al voordat ik het wilde toegeven wisten dat ik terug ga om dit geweldige avontuur af te maken.

 

De Sparthatlon 2013 is voorbij.

Op weg naar de Spartathlon 2015.

 

 

 

 

dinsdag 17 september 2013

George

Het gaat gebeuren. Zaterdag vlieg ik naar Athene!!! Mijn Griek George haalt me bij het vliegveld op en zal me door de heksenketel van Athene naar mijn hotel rijden. George heb ik gehaast tijdens de Enschede Marathon. Op zijn shirt had hij de Griekse vlag genaaid en toen ik dat zag moest ik natuurlijk even een praatje maken. Ook droeg George handsc
George, tweede van links
hoenen en daar leek het me wel een beetje warm voor. George liep een PR en via de mail onderhielden we contact. Zaterdag krijgt George zijn handschoenen terug. Hij had ze onderweg aan meefietsende Marjolein gegeven. Ze zijn niets waard, die handschoenen maar het leek me toch leuk ze voor hem te bewaren. Volgende week vrijdag start ik op de SPARTATHLON !!! Soms is het nog zo onwerkelijk. Ik ga starten op een wedstrijd die ik eigenlijk voor onmogelijk gehouden heb. Zo lang, zo warm, zo zwaar. Dat kan ik nooit, heb ik altijd gedacht. Na de meniscus operatie sprak ik de wens uit ooit nog eens recreatief een marathon te kunnen lopen. En nu start ik op de SPARTATHLON !!! Na de onvoltooide wedstrijden ‘rondje Texel’ en Steenbergen is het idioot om in Athene aan de start te willen staan. Toch is het gelukt, dankzij vele mensen die me gesteund hebben mijn droom te gaan verwezenlijken, een goede voorbereiding te realiseren. Ik kan het nog bijna niet geloven maar op 27 september start ik. SPARTATHLON: ik kom eraan

woensdag 11 september 2013

Zwitserland

Een week leven en trainen als een echte atleet. In Zwitserland, op 1100 meter hoogte, met twee andere atleten. Lopen, eten, slapen. Nog nooit eerder heb ik zoiets gedaan en toen de mogelijkheid zich aandiende, vakantie dagen net voldoende waren, het thuisfront er volmondig achter stond, was de kogel door de kerk. Dag 1: meteen de bergen in. Lang stijgen, langer stijgen. Krachten proberen te verdelen maar wat is de verdeelsleutel? Proberen een lekker ritme te vinden. Eenmaal op hoogte sta ik telkens weer verbaasd van de schoonheid van de natuur. Het is moeilijk niet te blijven rondkijken, we zijn hier immers om te trainen. Maar die sneeuw, de gletschers, het uitzicht. Een extra lusje brengt ons bij oude boerderijtjes. Verlaten staan ze in een alpenweide. We gaan terug. Dalen, dalen, dalen. Goed voor de bovenbeenspieren. De pret wordt ruw verstoord als ik door mijn enkel ga. NEE, hé. Het zal toch niet gebeuren dat ik er nu al uit lig ! Tanden op elkaar en na eerst een stukje strompelen, wandelen, gevolgd door dribbelen, overgaand in hardlopen wordt de pijn steeds minder. We denken dat we éénmaal beneden er wel zullen zijn. Maar plots gaat het pad weer de bossen in om een uur later bij het meer uit te komen. Vandaaruit is het nog 5 km. Dag 1 sluiten we na 6,5 uur af. Dag 2: oei, de kuiten staan op ontploffen.De eerste kilometer is vlak. Daarna op en af door de bossen. Niet extreem en niet al te lang. Het gaat me wel wat hard, zeker op de vlakkere stukken. Voor vandaag is deze training voldoende (2,5 uur) en 's-middags ga ik wat wandelen als de anderen tempo's rondom het meer uitvoeren. Dag 3: het klimmen gaat steeds beter. We zijn vroeg op pad gegaan. De route staat goed aangegeven en al snel is het lekker warm. Twee Zitserse boeren weten een kortere route naar boven. De vrouw spreekt Duits en wijst naar links, de man spreekt een andere taal en gebaard naar rechts. Uiteindeljk lopen we maar door. Hoger, en hoger en hoger. Soms op handen en voeten omhoog. Op naar Italië, stuwmeren, vergezichten, riviertjes, boerderijtjes. Het is wel grappig om na uren (hard)lopen door de bergen op een schitterende plek uit te komen en geconfronteerd te worden met een geparkeerde auto. Zo kan het dus blijkbaar ook. Na 7,5 uur bezoeken we een bevriende wijnhandelaar. We 'moeten' proeven, krijgen een fles mee voor bij het avondeten en voelen de laatste drie kilometer geen enkel spiertje meer. Dag 4: 's-ochtend wat aanrommelen en 's-middags twee rondjes om het meer. De eerste rustig, de tweede wat harder. Dag 5: de tocht der tochten. Vroeg op pad, hoofdlampjes mee en de eerste twee uur tempo maken want anders redden we het misschien niet. Wederom geweldige natuur, meertjes, bosbessen, riviertjes. Boven de boomgrens wordt het stijl. Losse stenen, een pad wat je nauwelijks een pad kunt noemen. Angst slaat me in de benen maar de anderen helpen me erdoor heen. Weer in Italië. Loslopende paarden, hoogvlaktes, sneeuw, vergezichten en wat donkere wolken. In de berghut wat drinken en weer snel op pad. Donkere wolken dreigen. Nog één pas en dan is het alleen nog maar dalen. Boven aangekomen trekken de wolken open en is het weer mooi weer. We gaan het makkelijk halen want na 8,5 uur zitten we op het terras dit keer met een cola en een grote ijscoupe. Dag 6: lopend naar het meer, eerste rondje rustig, tweede rondje steeds sneller en het laatste rechte stuk volle bak tot ruim 17 kmh. Alsof we gisteren niks gedaan hebben raffelen we de 27 relatief vlakke kilometers af. Dag 7: de laatste training. Op pad om hoog in de bergen een kerkje te bezoeken. De benen voelen super en hoewel de route wat afwijkt van de planning, de bossen er weer geheel anders uitzien, komen we toch aan bij het kerkje. Met deze 4,5 uur komen we totaal op ruim 200 loopkilometers uit. Een geweldige week. Dank aan Jan-Albert en Jeroen. Het was zeer bijzonder om met deze, niet moe te krijgen mannen, door de heuvels te rennen, te genieten van de inspanningen, de omgeving, de natuur. En als je na uren inspanning er nog de lol van inziet om in de berm te gaan liggen om een mooie foto te maken van de nieuwe loopschoenen van Jan-Albert dan weet je het zeker: gek zijn doet niet zeer.








dinsdag 27 augustus 2013

Inspiratie

Soms is even wat minder. Lijkt de weg er naar toe eindeloos veel langer dan de weg die afgelegd moet worden. Duren lange duurlopen veel te lang en lijkt er geen einde te komen aan de lange, welliswaar goed uitgedachte, reeks trainingen. Op die momenten zoek ik wat inspiratie buiten mezelf op. Filmpjes op YouTube van oa. de tocht van Lieven. Artikeltjes op internet over bijvoorbeeld 'how the West(ern) was won'. Op die momenten vind ik inspiratie in mijn omgeving. Atleten bij Ac-tion die zich serieus voorbereiden op hun aankomende marathon. Tri-atleten die voor Almere gaan. De Boekelose topschaatster. M'n trainert die zo graag zou willen en me laat inzien dat hetgeen ik weer kan 'om jaloers op te zijn' is. Mijn team die volledig bereid zijn me te helpen, straks in de warmte, in de nacht weer richting de warmte. De Jeroenen, toppers op ieder hun eigen gebied. En natuurlijk wereldtopper JAL die een wedstrijd over 75 km gewoon met een gemiddelde van ruim 15 kmh loopt. En dus trek ik die zondag de deur achter me dicht, op weg naar Losser. De benen stram, achilles stijf maar met voldoende inspiratie. Het gaat langzaam maar als ik op mijn klokje kijk staat er toch 11 kmh. Zo langzaam gaat het dus niet. Lopend naar Losser, 16 rustige kilometers. Startnummer ophalen, een klein versnellinkje over het voetbalveld, snel de bijna vergeten steunkousjes aandoen en wat grappen aan de start. Een klein rondje van 1 km. Er wordt gevraagd of ik vandaag snel wil lopen? "Nee, lekker rustig" is het antwoord wat verwacht kon worden. Het gaat lekker, 12-e/ 13-e plaats. Na het rondje volgen 4 rondjes van 5 km en eigenlijk is het hele verhaal er eentje van strak tempo draaien, opschuiven in het veld, bochtjes strak aansnijden, gaatjes slaan en weer op jacht naar de volgende loper. Ik heb geen idee hoe hard het gaat. Ik loop zonder horloge, zonder tijd. De laatste ronde lukt het niet het gat met mijn voorganger te dichten en wordt ik zesde in 1.27. Drinken, omkleden, rugzakje om en weer naar huis. Oei, de benen zijn moe maar het hoofd is fris. Blikje drinken, kilo-tje pruimen bij het kraampje aan de weg, iedere 4-5 kilometer even een stukje wandelen. De benen zijn moe, het hoofd zit in Griekenland.

maandag 12 augustus 2013

Tripple Two

En dan vliegt opeens de tijd.

De laatste keer komt aan de orde.

De laatste keer op zondag in Duitsland trainen. Het laatste zware zondagse Duitsland uitstapje. Ze waren zwaar, ze zijn zwaar en ze blijven zwaar. Ik zal blij zijn als ik ervan af ben en tegelijkertijd zal ik ze missen. Het zijn bijzondere trainingen.

De laatste keer naar Bielefelt.

Alle heuvels, stenen, berghutjes, de dierentuin, de trappen in Bielefelt en het cola-tje halverwege. De laatste keer weer terug, door de dierentuin, over alle heuvels, over de stenen, langs de hutjes en als afsluiter de slingerweg omhoog naar de Luisenturm Hütte

 

Nog 7 weken tot de start, nog 5 intensieve trainingsweken waarvan één week in Zwitserland. Wat een leven.

Wat een sport.

 

vrijdag 2 augustus 2013

HITTE !!!


Ik heb me net even snel gewassen en ben bezig me te installeren op mijn werkplek. Dit ochtend duurloopje naar mijn werk was al warm. De benen nog wat stram van de trainingen van gisteren. Mijn rugzak gevuld met ontbijt, lunch en het nodige voor de training van vanmiddag. Vandaag wordt het de warmste dag van deze zomer, van dit jaar en volgens sommige optimisten wordt het de warmste dag ooit. Gelukkig is het wel lekker warm. Tenminste: ik vond het gisteren tijdens de duurlopen wel lekker warm. Niet van dat benauwde maar gewoon flink heet. Warm genoeg om te trainen. Nu heb ik er al aardig wat warmte trainingen opzitten. Tijdens de vakantie in Portugal, tijdens de weken na de vakantie in Portugal en eigenlijk was het daarvoor ook al een periode flink warm. Misschien hebben al die onderzoekers dan toch gelijk en kun je jezelf trainen om de warmte beter te verdragen. Mijn werk pc is nog niet opgestart of via mijn mobiel meldt Giovanni Alberto zich. Dé Alberto, Koning Spartathlon, JAL. Zoals altijd steekt hij meteen van wal en meldt een artikel in het AD over het effect van warmte training op het menselijk lichaam. Deze trainingen hebben vooral effect op het volume, meldt hij enthousiast. Die warmte trainingen in de weken voor de start hebben dus echt effect. En hoe is het verder, gaan de trainingen goed? We zien elkaar dinsdag weer. Het is warm, ook op mijn werkplek is het warm. De route voor vanmiddag wordt bepaald door ‘drankposten’. Eerst naar Boekelo om bij de SPAR wat te drinken te kopen. Vervolgens via Usselo naar Haaksbergen alwaar de Shell vast een blikje cola in het schap heeft liggen. Dan achterlangs recreatieplas het Ruthbeek waar ijskoude douches zo verfrissend werken dat de laatste kilometers naar huis overbrugbaar zijn. Meer dan 30 graden voor iets meer dan 30 kilometer. Hitte training heeft effect maar zonder goed te drinken maar ik meer kapot dan me lief is.

zaterdag 27 juli 2013

One hundred and eighty !!!

Het publiek gaat uit zijn bol. Bierglazen worden gehesen en door de sigarettenrook heen zie je vrolijke, bolle gezichten van de supporters. Drie pijltjes in de tripple 20. 180 punten minder voor de werper. Wat een sport.
Al zappend kwam ik langs Barney, onze Nederlandse pijltjesgooier. Ik was moe, nog aan het uitpuffen van de duurloop in tropisch Twente. Eerder deze week las ik dat Barney ervan baalde dat het zo warm was. Met warmte kon hij niet zo goed presteren. Zijn tegenstander gooide inderdaad beter. Beide mannen hadden het duidelijk warm. Zweet op hun redelijk rood aangelopen hoofd. Topsport waar zalen vol voor lopen en wedstrijden welke door een commerciële Nederlandse zender integraal uitgezonden worden. Weer 180, de zaal gaat  op tilt. Barney laat zijn schouders zakken; hij lijkt het op te geven. Ik zap door. Dit is geen sport. Warmte als excuses gebruiken.
Zaterdagmiddag. De BBC zendt atletiek uit en vermaakt de kijker tussen de bedrijven door met inspirerende rapportages over topsporters. Geweldige televisie. Een propvol stadion, deskundige presentatoren en atleten die alles op alles zetten goed te presteren. Dit is sport. Hier kan ik uren naar kijken. Uitpuffend van een warme training in Twente.
Morgenochtend zal om 5 uur de wekker gaan. Om 6 uur vertrekken we naar Winterberg om in de heuvels ruim 44 km te gaan trainen. Heuvels want ook tijdens de Spartathlon krijgen we te maken met vele heuvels. De warmte is een extra bonus. Deze hele week was deze warmte een extra toetje. En dus kon ik er mooi in trainen. Want ook tijdens de Spartathlon zal het warm zijn.
De training van morgen maakt  One Hunderd and Eighty !!!
In stilte ben ik tevreden met deze eerste week van het laatste trainingsblok. Op weg naar dé wedstrijd van mijn dromen. Geen televisie zender zal ervoor warm zal lopen. De winnaar krijgt  waardering,  bewondering en eeuwige roem. Iedere finisher is winnaar.
In stilte loop ik in gedachten naar de finish. Het zou me toch wat zijn …..

zaterdag 20 juli 2013

Vakantie !!

Filmpje training


Helaas doen de tekst dia's het niet zo heel goed dus vandaar even extra uitleg:

  • uit bed en meteen op pad, stijl naar beneden
  • het zandpad gaat zowel naar zee als 'landinwaards'. Deze training eerst landinwaards.
  • de rots-berg (zusje van Sanga's) is eigenlijk te stijl om goed op te trainen
  • de naald in de verte staat bovenop mijn heuveltrainingsberg. Lekker stijl en nog net hardlopend te bedwingen
  • Me and my Mirage, met dank aan Runnersworld Enschede.

En de rest spreekt voor zich denk ik.

Op weg naar Sparta.

zondag 30 juni 2013

Cijfertjes

Heel veel lopers (waarvan ik er zelf één ben) zijn met cijfertjes bezig. Snelheidcijfertjes, afstandcijfertjes, startnummer cijfertjes, sommigen zelf met ritme of cadans cijfertjes, hartslagcijfertjes, dagtotaal cijfertjes, week totaal-  maandtotaal- jaartotaal cijfertjes. Er zijn lopers die hele excel- bestanden hebben van al deze cijfertjes. Inclusief het aantal gelopen wedstrijden (met prestatie cijfertjes). Er zijn lopers die het aantal gelopen marathons of ultra’s bijhouden. Lopers houden van cijfertjes.
Ik  houd mijn cijfertjes bij maar slechts van een klein aantal onderdelen. Dag-, maand- en jaartotaal. Geen archief want veel loopjaren ben ik toch kwijt (pc crash). Mijn PR cijfertjes ken ik redelijk uit mijn hoofd alhoewel ik ze van de kortere wedstrijden (800-1500-3000-5000) toch altijd weer even moet opzoeken in een oud looplogboek- schriftje met afbeelding van good old Gerard Nijboer op de voorkant. Het aantal gelopen wedstrijden is mij volledig onbekend. Het aantal gelopen marathons of ultra’s is volledig oninteressant. In  training loop ik beide wekelijks dus wat is de meerwaarde van het bijhouden.
Ik loop zo nu en dan ook  met een hartslagmeter. Eigenlijk alleen na een griep om te checken of het wel verantwoord is om te trainen. En zo nu en dan in een zware trainingsperiode om te checken of de conditie verbeterd en de trainingen niet te zwaar zijn. Ik weet zo ongeveer wel wat een goede hartslag is bij een duurloopje in 11 kmh. Ik was dan ook  blij verrast te zien dat de cijfertjes de afgelopen weken aanzienlijk lager waren dan ooit.
De week- en maand cijfertjes zijn juist weer veel hoger dan ooit. Forse omvang, heel veel kilometers over de heuvels. Wat minder snelheids kilometers want daar kan mijn knie niet zo goed tegen. Het was leuk geweest deze maand af te ronden met een mooi rond cijfertje. Een mooi maandcijfertje wat een mooi gemiddeld dag cijfertje zou opleveren. Mooie ronde cijfertjes zijn geen doel op zich en met het lelijkere cijfertje ben ik ook meer dan tevreden.
Allemaal cijfertjes die in het teken staan van drie cijfers in september: de 246 km in Griekenland.
 Al gaat het dan niet om die cijfers.
Het gaat dan slechts om één ding: deze mytische en heroïsche tocht volbrengen. Daar kan geen cijfer tegenop.

maandag 10 juni 2013

Afbakken

En plots, als ware het uit het niets, stond daar de zon aan de hemel.
De zon die al wekenlang in Athene voor temperaturen boven de 25 graden zorgt, brak uiteindelijk ook in Twente door.
En dus paste ik mijn schema aan en werd een relatieve rustweek omgetoverd tot een week met een omvang van ongeveer 18 trainingsuren. Onder het mom van 'practice doesn't make perfect, perfect practice makes perfect (Morton)'  trainde ik zo veel mogelijk in de zon:
  • tempo's in de zon
  • duurlopen in de zon
  • dubbele duurlopen in de zon
  • heuveltraining in de zon

Het was wel even wennen, in die zon. Om de lichaamstemperatuur niet teveel op te laten lopen moest mijn hart net iets sneller kloppen. Zo'n 10 tot 15 slagen per minuut meer dan normaal. Ook dronk ik meer en had ik eigenlijk meer te eten moeten meenemen. Want het was best warm in die zon.
Hopenlijk blijft die zon nog even hier.
Ik kan hem goed gebruiken om de trainingen perfect af te bakken.

maandag 3 juni 2013

You can’t over train, only under sleep

 
 
Ik zou bijna schrijven ‘het was een rustig weekje’ maar kijk ik naar mijn weektotaal dan klopt dat niet. Okee, het totaal van de afgelopen week is door de zondagse duurloop flink omhoog getrokken maar ook zonder die training haalde ik een driecijfer getal. Met moeite trainde ik twee dagen niet of minimaal. De drive was er om op pad te gaan maar ik wil scherp blijven voor de zware trainingsweken welke nog komen.
De komende week mag het gas er ook nog even af. Alhoewel  het zonnetje schreeuwt om erop uit te trekken. Want de zon versterkt hetgeen nu al maanden in mijn hoofd rondspookt. De warmte welke naast de afstand, voeding en mentale weerstand een grote factor zal vormen in het welslagen van dit avontuur. De afstand ga ik de komende weken opbouwen. Met voeding (eten en drinken) was ik al volop aan het experimenteren. Ik weet nu wat ik niet moet hebben en wat ik goed kan verdragen (en vooral ook wegkrijg als de vermoeidheid toeneemt). Mentaal hebben de tegenslagen veel gebracht. Niet leuk en het klinkt gruwelijk maar het was zinvol.  Nu de warmte nog. Sauna bezoek, hitte training: vooral de laatste weken zal daar het accent op komen te liggen. Hoe precies, dat weet ik nog niet.  


De komende zonnige dagen zal ik de roep van de zon zeker  gehoorzamen. Want zoals een Amerikaans  finisher schreef over haar goede Spartathlon voorbereiding:
You can’t over train, only under sleep.

zondag 26 mei 2013

Af en erop

De kop is er weer af.
 Nee, deze opening is niet geheel naar waarheid want de kop zit er juist weer goed op. En vast. Al het vorige is afgesloten en afgerond. De blik is naar voren gericht. Slechts één sportief doel. Één focus, geen fratsen.
Na het nodige puzzelen is het schema voor de komende weken rond. Op een aantal onderdelen zijn veranderingen doorgevoerd. Daarnaast moet ik meer aandacht besteden aan slapen. Op tijd mijn nest in na zware trainingen of voorafgaande aan zware trainingen. Minimaal acht uur maar liever nog tien uur. Nu was ik al geen avondmens maar de komende weken zal dat nog extremer worden. Super ongezellig maar in deze trainingsfase essentieel om goed hersteld aan de volgende training te kunnen beginnen.
Deze week was qua omvang nog niet al te zwaar; de heuveltrainingen waren aardig pittig. Zaterdag een vlakke 41 km waarbij de loopmaatjes van Tion maakte dat een groot deel van de kilometers omvlogen. Zondag een lange duurloop over de Duitse heuvels. Een nieuwe startplek zorgde voor nieuwe heuvels en dat leverde zowel kwalitatief als kwantitatief een supertraining op. Vroeg op pad, halverwege een forse regenbui en na de laatste beklimming als beloning een heerlijke halve liter cola in de berghut. De kop is er weer af, nog 18 weken te gaan.

dinsdag 14 mei 2013

Over, nog niet uit

Kun je jezelf voor de gek houden?
Je kunt het in ieder geval proberen maar mij lukte het niet echt. Steenbergen, ik had er wel zin in (zei ik) en het zat wel goed allemaal (zei ik). Goed uitgerust, goed voorbereid, geleerd van eerdere fouten. Vol goede moed  ging ik op weg om rondje na rondje vol te houden dat het best goed ging en ook nog wel leuk was.  Het moest langzaam, eigenlijk nog langzamer dan ik liep (10-10,5 kmh). Ik hield me er met moeite netjes aan en elke 2 uur was de discipline er om even te gaan wandelen en tijd te nemen om goed te drinken en te eten. Aan alle kanten werd ik ingehaald door andere lopers. Vol verwondering zag ik ze komen en gaan. Blijf bij je eigen race, blijf bij je plan. Was het instorten van onze party-tent symbolisch voor het verdere verloop?

Het team werkt perfect. Hapje, drankje, alles staat klaar als ik weer langs onze standplaats kom. Eerst de verzorgingsposten en dan staat daar mijn team in de bocht klaar. Plots staat maatje Gerard en zijn gezin langs de kant. Wat een leuke verrassing. Na 6 uur even wat eten en tegen 19.00 uur een bakkie koffie, net of het een gewone avond is.  
Rondje na rondje, hoe lang kun je jezelf voor de gek houden. Ik heb er geen lol in. En natuurlijk word ik moe en vermoeid. Te makkelijk geef ik eraan toe, even rusten, weer op pad gaan, nog een keer rusten weer op pad gaan, rondje wandelen, zere voeten, nog zeerdere voeten.
Achteraf heb ik vooral met mijn hoofd verloren. Na 92 km stop ik ermee en ook de uren daarna is dat hetgeen wat zich in mij  hoofd heeft vastgezet. Ik stop ermee. Ik ben geen ultralange loper. Mentaal en fysiek kan ik 100 km aan, verder dan die 100 is aan mij niet besteed. Dan overzie ik het niet meer en slaat verveling en vermoeidheid toe. Om zoveel verder te lopen moet ik zoveel langzamer lopen en nog langzamer lopen vind ik niet leuk. En zo maalt het rond en rond. Uur na uur, tot maandag ochtend. Ik zou moeten werken maar ben vooral druk met  ‘what’s appen‘ met één van de teamleden.
Het hele team ziet het anders. Start nou gewoon maar, hier heb je al jarenlang van gedroomd. Starten, lukt het dan heb je een geweldige wedstrijd volbracht, lukt het niet dan heb je deelgenomen aan een geweldige wedstrijd. Je leeft maar één keer, wie niet waagt zal nooit winnen. Het team wil naar Griekenland. Wil je als toerist of als loper erbij zijn, vraagt mijn zus. Wat zegt je hart? Alles is geregeld, dit gaat je nooit meer lukken. En wat vastzat in mijn hoofd begint af te brokkelen. Tel daarbij op de geweldige steun van al die sportieve en geweldige tukkers uit Enschede en omstreken (zelfs uit Almeloooow), superberichtje van de Sparta-koningin van Nederland, opbeurende mail van de Sparta-koning. Een mooie mail van trainert Marjolein. Ik stop met mezelf voor de gek te houden. Ik wil er dit jaar bij zijn.
Sorry mam, ik ga denk ik toch nog even een paar maanden door met trainen voor de mooiste en bijzonderste wedstrijd waaraan ik ooit zal gaan deelnemen.
Σπάρτη, έρχομαι


woensdag 1 mei 2013

Kriebels

Het kriebelt, het jeukt, het draait rond en rond en rond.
24 uur hardlopen. Ik ga eraan beginnen, ik moet er niet aan denken. Starten om 12 uur. Rondjes van een kleine 2,5 km. Doorlopen, de avond in, de nacht door, de ochtend in tot het middag uur. Hardlopen, drinken, eten, wandelen en weer hardlopen. Enzovoort, enzovoort, en zo voort. Rondje na rondje. Uur na uur. Ik weet hoe ik het ga doen. Lesje geleerd, wonden gelikt, kin naar voren, kop omhoog.
Na Texel is de twijfel toch wel wat toegeslagen. Ik was ervan overtuigd daar een mooie prestatie neer te kunnen zetten en het werd niks. Ondanks dat ik toch alweer heel wat jaartjes aan hardlopen doe heb ik veel van Texel geleerd. Domme fouten, naïef bijna. Met Ultra’s valt niet te spotten. Ultra’s neem je beter serieus. Gedachten draaide rond en rond en rond. Kan ik dit wel? Kan mijn lichaam het wel maar vooral, ben ik mentaal sterk genoeg? Ik denk het wel, bijna weet ik het zeker van wel. Toch?
Hazen tijdens de Enschede Marathon was weer geweldig. Anderen helpen een mooie prestatie neer te zetten. Coach Marjolein op de fiets en teammaat Gerard die het uiterste uit zichzelf haalt en een dik PR loopt (3.29). En ook de anderen van het zaterdagochtend team (Freddy, Simon en marathon debutanten Rik, Nico en Melvin) lopen goed, beter, best. Trainer Harry zal het nooit verleren. Een bijzondere aanpak met extra lange duurlopen. Want ook bij de marathon geldt: je moet respect hebben voor de afstand. Er valt niet mee te spotten en zij die dat wel doen vallen door de mand.
Voor de 24 uur lijkt het me vooral zaak om fris aan de start te staan. Nog even snel wat kilometers maken; ik raad het anderen altijd af en dus deed ik het zelf ook maar niet. De basis is goed. In plaats daarvan een uitstapje naar een klein lokaal loopje over 10 km in Boekelo. Rondje één lekker achterin de kopgroep meelopen, rondje twee plots op kop, rondje drie versnellen zodat de anderen me niet meer zouden zien op het bochtige parcours en rondje vier proberen de wiskunde juf van dochter Janeri nogmaals te dubbelen. Het was leuk en ook wel weer pittig, dat echte harde lopen. Helemaal leuk dat Janeri ook eerste werd op de 5 km.
Het kriebelt, het jeukt, het mag wel beginnen.
Steenbergen, we komen eraan.

dinsdag 2 april 2013

tja

De dag erna is de dag van het analyseren.  Dit begon gisteren natuurlijk al tijdens de lange autorit naar huis. Hoewel de analyse toen onderdrukt werd door zere benen en algehele malaise. Vandaag vele mogelijke oorzaken en gevolgen op een rij gezet. Hoe kan het dat het al na een 30 kilometer niet meer lekker liep?

foto: Rinus Running

Op het strand en het stuk door de duinen ging het wel weer lekker om na de dwaaltocht tijdens het tweede deel strand (ik dacht dat de route over alle duinpannen ging, dat was dus niet zo) weer weg te zijn. Na het keerpunt op 60 km ( 5 uur en 35 minuten) werd het voor de derde keer harken om na 65 km over te gaan in een combinatie van hardlopen en strompelen. Dankzij mijn Spartateam kon ik me oppeppen om na het derde stranddeel  toch door te gaan. De snelheid was toen gezakt tot 8 kmh en met de opgang naar het laatste strandstuk kon ik zelfs al hardlopend 5 kmh halen. Nooit gedacht dat ik zo langzaam kon hardlopen alhoewel er van hard en lopen nauwelijks sprake was. Het besef dat ik de finish niet meer  binnen de tijdslimiet kon halen en ik meer kapot zou maken dan me lief is (21 april staat de Enschede Marathon voor de deur, in mei de 24 uur van Steenbergen) maakte het er niet beter op. Ondanks de vele oppeppende woorden van de 60 km lopers (sommigen namen zelfs de tijd voor een praatje en boden aan me tegen de strakke wind in te willen hazen) lukte het niet om nog iets van snelheid te maken. Ik kreeg mijn benen gewoon niet meer opgetild. Na 84 km en bijna 9 uur wedstrijd was het over en uit. Wat een teleurstelling. Alweer geef ik op tijdens een strandrace. Alweer geen finish.
Van de slechtste wedstrijden leer je het meeste.
En dus neem ik alles mee in de analyse van deze 84 km van Texel. Samen met het Spartateam heb ik veel geleerd van wat beter kan. Want het doel voor dit jaar ligt in Griekenland. Ik zal starten. Of ik de finish zal halen valt zeer te betwijfelen maar ik zal starten.
Next race:  Steenbergen 24 uurs. Voor mij geen WK,  geen EK,  geen NK. Voor mij een 24 uurs.

zondag 24 maart 2013

Onrust

Hoor de wind waait door de bomen…
En met die wind waait er een zeer frisse temperatuur mee. Het deert me niks. Over 8 dagen start de 120 km van Texel en eigenlijk vind ik het wel best als de temperatuur laag blijft. Inmiddels ben ik aan die temperatuur gewend. Het zou lastiger zijn als het opeens 15 graden warmer zou worden.
Texel: ik kijk ernaar uit. Hoe staat de vorm ervoor, hoe gaan lichaam en geest reageren. Ik merk dat ik onrustig ben. Maandag is het zover. Oh, nee.  Het is pas volgende week maandag. Nog tijd genoeg om alles klaar te leggen, gels en repen te verdelen, bidons bij elkaar te zoeken (vooral de doppen zijn we zeer regelmatig kwijt). Trainen hoeft niet meer. Het is meer bedoeld om wat in beweging te blijven. De ene dag voel ik me superfit, de andere dag supermoe. De ene dag voel ik niks, de andere dag voel ik overal pijntjes en ongemak. Het is al jaren hetzelfde. Bij iedere belangrijke wedstrijd reageer ik op deze manier. Om op de dag dat het moet gebeuren er te staan. Gedachten als ‘heb ik wel genoeg gedaan’ of ‘heb ik niet teveel gedaan’ wisselen elkaar af.  Hoe het zal gaan weet ik pas op  1 april. Tot die tijd zal de onrust er blijven. Als de wind door de bomen.

maandag 18 maart 2013

Rik, Gerard, Simon en Arie

Als jonge goden vlogen ze over de paden.
Als net geboren lammetjes voor het eerst op de been.
Als veulens dartelden ze om elkaar heen.
Lachend, geinend, elkaar uitdagend.
ATB-ers moesten het ontgelden, Rik haalde ze makkelijk bij.
Vier stoere mannen in tights op een zondagochtend in het bos.
En  na de tijd lekker een bakkie koffie uit Simon's thermos.

zondag 17 maart 2013

Uitrusten naar Texel

De start van dit loopproject richting Texel begon op 15 augustus 2012.
 Ik moest mezelf een schop onder mijn kont geven om de draad richting de Zwolle Marathon (pacer 3.30 uur) op te pakken. Meteen daarna zou ik me dan voorbereiden op de 50 van Bottrop en daarna doorstomen naar de 120 van Texel.  Toen de trainingen goed verliepen ( de knie hield zich rustig) nam ik het besluit om nu eindelijk maar eens te gaan starten op de Spartathlon.  De 24 uurs van Steenbergen werd ingevoegd, mede ingegeven doordat dit naast een EK en WK, door een beslissing van de KNAU, ook voor het laatst een NK zou zijn. Dit alles maakte dat mijn voorbereiding voor Texel meteen ook voor een groot gedeelte in het teken stond van de voorbereiding voor Steenbergen. Na Texel is het immers maar zes weken tot deze 24 uurs wedstrijd.
Het schema tot Steenbergen werd uitgedacht, bijgesteld en vastgelegd.  Ambitieus, volgens sommigen gekkenwerk. Volgens mij en mijn trainert goed in balans mits ik de flexibiliteit kon opbrengen zaken aan te passen als het toch anders zou lopen.
Vandaag liep ik mijn laatste langere duurloop voor Texel. Tevens was de afgelopen week mijn laatste topweek. Rest nu om erg goed uit te rusten, in beweging te blijven maar vooral om 1 april klaar te staan.  Aan de voorbereiding heeft het denk  ik niet gelegen. Slechts een klein griepje gooide roet in het eten. Aan de support heeft het al helemaal niet gelegen. Natuurlijk in eerste plaats van mijn allerliefste, die gelukkig ook nog met me getrouwd is. Daarnaast van onze drie kindertjes die de lol er wel van inzien dat vaders zo vaak op pad gaat om zijn droom te verwezenlijken. Het  opgerichte Spartateam zorgde voor extra motivatie en stimulans. Trainert Marjolein blijft me trouw in de gaten houden en zowel clubgenoten bij Ac-tion, gastlopers oa. van de triathlonclub en vele supporters zorgen voor de nodige extra motivatie. De trainingen met Jan-Albert Lantink waren speciaal. Runnersworld Enschede: dank voor het materiaal.
Wat het gaat worden: ik heb geen idee.  Ik heb er wel zin in, over twee weken is het eindelijk zover.

maandag 11 maart 2013

Klagen

Mag het even!
Mila lopers in de sneeuw
Vandaag heb ik vrijwel de hele training lopen mopperen ( 17 km, van werk naar huis met een omweggetje). De wind was tegen, de motsneeuw was tegen, mijn humeur was tegen en vooral die gruwelijke kou stond me vandaag zo ontzettend tegen. Al meer dan drie maanden en meer dan 2100 trainingskilometers is het gewoon koud geweest.  Sneeuw, regen, vries en vies weer. Die enkele dagen dat het mooi weer was lag ik ziek in bed. Gadverdamme wat een giga, mega kloteweer. En het gaat de rest van de week gewoon nog even door. Vorst, gevoelstemperaturen die bij de Noordpool horen. De rest van mijn laatste top trainingsweek week richting Texel zal het net zo zijn als de voorafgaande weken. Koud, muts, handschoenen, lange broek, dikke trui, thermoshirt : bleeh!  Zul je zien dat het 1 april tijdens de 120 van Texel de eerste, lekkere warme dag wordt  en we allemaal ontploffen van de warmte omdat we het nog niet  gewend zijn. Gadverdamme, wat een weer.
Mag het even!
De benen zijn eigenlijk wel goed. De New Balance schoentjes doen hun werk. Gisteren weer een lekker tempoblokje kunnen draaien van 14 – 15 kmh. Een rustig weekje met totaal 100 loopkilometers. En vandaag contact gehad met dagblad Tubantia die wel interesse heeft in mijn loopavonturen. Eigenlijk helemaal geen reden tot klagen.