donderdag 24 december 2015

Afscheid van zussie


Tijdens vakanties wil Jannet altijd een kerk bezoeken en, laat ik het netjes zeggen, dat is niet mijn favoriete uitstapje. Meestal gaat het de dag erna dan ook regenen.
En hier sta ik nu voor een toespraak in een kerk. Ik vermoed dat Nina daar nog wel om zou kunnen grijnzen. Het is gelukkig wel een erg mooie kerk.
De afgelopen dagen vroeg iemand of Nina gelovig was. Mmm, nee, niet echt antwoorden we en toen zei Jesse heel luid en duidelijk: Nina geloofde in zichzelf.

Myla en Jesse hebben me verbaasd de afgelopen weken. Wat een krachtpatsers.
Lieve Anky, Annet, Marjorie en Jannet.
Nina had heel veel vriendinnen.
De afgelopen week hadden we het in het ziekenhuis nog over de ‘mannetjes’ van oude oma Fröberg. Een mannetje voor ieder klusje.
Nina had in plaats van mannetjes vele, vele vriendinnen. Jesse, jongen, wat zul jij zo nu en dan gek geworden zijn van al die wijven bij jullie thuis.

Lieve Anky, Annet, Marjorie en Jannet.
Vier vriendinnen die Nina’s Angels zijn geworden, Nina’s Engelen.
Een geweldige steun voor Nina, voor mij en voor Myla en Jesse.
Ze bleven aan haar zijde, waakten  door de nacht, berichtjes vlogen over en weer: hoe laat ben jij er, gaat het nog een beetje, is er iets veranderd.
Lief en leed.
Dank jullie wel lieve Angels, jullie waren onmisbaar.
 
Zoals Nina was, zo waren deze laatste dagen in het ziekenhuis: erg speciaal.
We hadden verdriet.
Het ging immers steeds slechter met Nina.
Maar we hadden ook lol en plezier. In geen enkele kamer werd er zo vaak gelachen als in Nina haar huisje.
Helemaal toen Maarten, Hilde en Koen op bezoek kwamen: de FRöBELGEN.
Ze bleven  tot 23 uur en  Nina beleefde het als een ‘verjaardagsfeestje’.
De dagen erna kwam ze steeds weer terug op deze mooie avond.
Met een grote grijns vertelden ze alle verpleegsters over het bezoek,

Een bijzondere vrouw mijn zussie.
Het kan ook niet anders dan dat zij twee bijzondere kinderen kreeg.
Myla en Jesse, wat een kanjers.
Ik zag ze de afgelopen twee weken veranderen, sterker worden.
Ook Nina zag dat en ze moet weten dat het wel goed gaat komen.
Het komt wel goed.

Zoals Nina dat ook deed: stap voor stap, we zien wel.
Stap voor stap, onze lijfspreuk als tegenslagen overwonnen moesten worden.
Stap voor stap
en
we zien wel, het komt wel goed.
Nina was een trouwe supporter tijdens vele van mijn looptochtjes.
Bij vele Enschede Marathons stond ze wel ergens langs het parcours.
De 120 km van Texel.
De 24 uurs in Steenbergen waar na een uur onze party tent wegwaaide en de party na 12 uur slapend in de auto eindigde.

Het mooiste avontuur in Griekenland, de Spartathlon waar Nina de organisatie man wel leuk vond.
Helemaal toen na een lange uitleg over alle regels hij afsloot met te zeggen dat ze niet zo moeilijk deden over al die regels.
Stap voor stap, het komt wel goed en niet moeilijk doen.

 Mijn lieve zussie deed ook tijdens haar laatste dagen niet moeilijk.
Het komt wel goed, ze heeft het nog vaak gezegd ook al ging het niet meer goed.
Stap voor stap ging het minder.
Maar Nina bleef genieten.
Van de patatjes en tijdens haar laatste momenten van bewustzijn van kleine stukjes kroket.
Van al haar vriendinnen die langskwamen en ze ontving met een stralende glimlach.
Van Myla en Jesse, van familie en van haar Angels.
En op het moment dat we dachten dat ze nog wel even door zou blijven pruttelen vond Nina het genoeg.

Met de kerstboom aan haar voeteneinde sliep ze heel rustig in.
Het komt wel goed hier, stap voor stap en we zien wel.


 

 

dinsdag 8 september 2015

Goed goan


Ja, echt. Ik voel me goed.
 
Bewust heb ik ervoor gekozen me deze keer op een andere manier voor te bereiden op deze 100 km wedstrijd. Een afgeleide van de voorbereiding vorig jaar voor de 100 km op de baan in Deventer. Toen liep ik naar een dik persoonlijk record van 8.13 hetgeen, zoals ik toen nog dacht, ruim voldoende zou zijn om aan de Spartathlon mee te mogen doen. Het liep allemaal anders.
Na de Bata-solo race (ruim 175 km) nam ik bewust even wat gas terug om extra gemotiveerd te zijn voor de trainingen richting de Run in Winschoten. Stevig trainen, een paar wedstrijdprikkels tussendoor en afgelopen weekend als laatste voorafje de deelname aan de Rutbeektriathlon met de tweede looptijd van het hele veld op de 10 km (42:58, volgens kenners was het 10,8 km). Het hoefde tijdens dit laatste voorafje niet hard te gaan maar ik had er een beetje de balen van dat het zwemmen slecht ging. In combinatie met een wedstrijdmentaliteit die de kop weer opstak werd het toch buffelen. Meteen na afloop sloeg de schrik even toe want de hamstrings stonden aardig op scherp.

De komende dagen actieve rust. Heerlijk en waardeloos tegelijk: ik word er altijd erg onrustig van. Het hoort erbij.
De plannen voor zaterdag zijn besproken met mijn teammaatjes. Drie varianten variërend van tevreden, goed tot superblij. Zorgvuldig houden we de weersvoorspellingen in de gaten. Wat de andere lopers gaan doen is van geen belang. Mocht het belangrijk worden dan geldt dat pas voor de laatste twee rondjes van 10 km.
Wat ik in de voorbereiding wilde doen is gedaan, wat we willen gaan doen is besproken.

Wat rest is zaterdag eruit te halen wat erin zit.
Run Winschoten: AC TION uit Enschede komt eraan.

zaterdag 29 augustus 2015

Monnikentocht


Het plan was om de eerste drie uur op Winschoten tempo te lopen en dan te kijken of er nog een versnelling in zou zitten. Het eerste uur was dat echt nog het plan maar lukte het maar matig me eraan te houden. Telkens als ik even op mijn horloge gluurde was het tempo te hoog. Na een eerste keer verkeerd gelopen te zijn leek het me verstandig om aan te sluiten bij een groepje lopers voor me (met z’n vieren zie je meer). Enkele kilometers later leek het alsof we toch weer verkeerd gelopen waren. Weer terug naar de laatste pijl, constateerden dat we toch goed zaten, doorlopen, toch weer een verkeerde pijl (die van de wandelaars), besluiten toch maar door te lopen en uiteindelijk kwamen we toch weer bij een post uit. Een klein smetje op de verder puike organisatie.

Het hoort erbij. Toen mijn medelopers opmerkten dat de splitsing van de 50 en de 34 km volgens hen al geweest was (zij liepen de 34) had ik er wel even flink de balen van.  Niet denken, doorlopen. Gelukkig hadden ze het verkeerd en na de splitsing kreeg ik gezelschap van een begeleider op de fiets (eerste loper op de 50). Een goede begeleider. Bij de posten even snel wat drinken en de bidon vullen. Zo nu en dan enkele woorden met de fietser.

Het stuk langs het kanaal was lang. ‘Je hebt de wind tegen’ en onder het mom van iedereen is gelijk ging de fietser achter me rijden. Concentreren, tempo strak houden, niet te ver vooruit denken, drinken, eten, lopen. Het kanaal was wel erg lang. Met nog slechts 5 km te gaan kwamen alle afstanden weer bij elkaar. Het voelde goed om lekker hard van groepje naar groepje te lopen. De benen voelden zwaar maar het tempo zakte niet. Nog een laatste kilometer over gemene straatstenen en deze 50 zat er op. 

Wat drinken, bakkie koffie, toch nog maar even niks eten.

Dromen, durven, doen! Over twee weken weet ik het.

dinsdag 11 augustus 2015

Zakantie


Als de Grieken het zelfs heet vinden ….
Na 2 km is het shirt drijfnat. De heuvel die op 1 km van ons appartement ligt is niet aardig. Bocht na bocht gaat het omhoog. De zon is genadeloos, het stof droog en de krekels hebben er ook vandaag zin in. Het brede pad gaat over in een mooi kronkelweggetje. Een recente bosbrand heeft huisgehouden. Na 6 km is de top bereikt en volgt een lange afdaling naar het dorpje aan de andere kant van het eiland. Ook hier zijn de touristen wakker geworden. Links het dorp uit gaat het retour de olijfgaarden in. Geen mens te bekennen. Waakhonden kijken suf op en een enkeling springt luidblaffend op en rent een stukje mee. Achter het hek. Met nog twee kilometer te gaan stopt het pad bij een boerderij. Twee forse honden kijken waarschuwend. Terug. Een smal pad volgend eindigend in Nergens. Door de struiken langs citroenbomen, hopen dat er nu geen waakhond wakker is. Een verharde weg. Hete laatste kilometers.


…. Winschoten wacht niet.
Vooraf goed gedacht maar in de praktijk onuitvoerbaar. Mooie looproutes over het eiland en de heuvels. Helaas blijkt dat de paden niet bestaan of de grond opgekocht is en het pad ontoegankelijk. Tel daarbij de hitte op. De 60 km tocht wordt geschrapt en vervangen door een minder avontuurlijke tocht van 40 km. Startend in 31 graden, door mooie olijfgaarden en eerder benoemde dierenvriendjes. Anderhalve liter water, een paar gelletjes en voldoende euro’s. Geen race, geen gemiddelden maar wel lekker lang. Het eerste doel een bergdorpje. Een lange klim, geen verkeer, zon, zon, zon. Olijven en zo nu en dan een vijgenboom. Het dorp biedt een café met supermarkt. Anderhalve liter water, een blikje cola, even zitten en weer door. Bij het volgende dorpje hetzelfde recept maar nu ook een reepje. Desondanks wordt het wel heel erg heet en dus het bij het laatste dorp, ook al is het nog maar een kilometer of 5, nog maar een blikje om te kunnen eindigen met de beste Frappe uit de gehele streek. Winschoten mag van mij wel warm worden.

woensdag 15 juli 2015

Stroef

Is het die vervelende verkoudheid? Zo’n hoestje die maar aanhoud en me het gevoel geeft alsof ik niet de volledige capaciteit van mijn longen kan gebruiken. Zo’n kuchje als na een 800 of 1500 meter wedstrijd. Alleen is er dan geen sprake van een wedstrijd maar van welke inspanning dan ook. Zo’n hoestje die over lijkt te zijn maar daags na een stevige training weer vrolijk terug is.

Is het een andere trainingsaanpak? Minder specifiek gericht op heel veel loopkilometers maken. Meer gericht op afwisseling waarbij de trainingsvormen voor minder schokbelasting zorgen en een veel groter deel van mijn lijf aan de bak moet. Ook daar zal ik aan moeten wennen, blijkbaar.

Is het het vooruitzicht van vakantie? Het vooruitzicht dat Winschoten wel erg snel nadert? Het vooruitzicht dat ik geen garantie heb dat deze andere aanpak ook succesvol zal zijn? Het vooruitzicht dat geen enkele aanpak de garantie biedt succesvol te zijn?

Het trainen gaat stroef en dus probeer ik het maar stroef te laten zijn en me er niet al te druk over te maken. Het is zo, het is niet anders. En soms gaat het eigenlijk ook best wel lekker. Laat het dan ook zo nu en dan maar stroef gaan, dan kan het morgen alleen maar beter gaan. Hoop ik.

vrijdag 5 juni 2015

Jeuk

De weken na de BATA solo race waren zwaar ontspannen.
De eerste dagen voelde het alsof mijn lijf volledig moest resetten. Zelf het uitlaten van onze hond Sproet was vermoeiend. Het weekend Ardennen maakte dat de energie batterij zich weer  langzaam oplaadde. Een beetje wandelen, heerlijke biertjes drinken, vuurtje stoken voor de gehuurde pipo wagen.

Terug thuis werd de race fiets weer tevoorschijn gehaald. Tochtjes van 60 - 80 km waaraan vooral het zitvlees ontzettend moest wennen. Aangezien Hans Schoolderman in september deelneemt aan de ¼ Rutbeektriathlon, en ik daar vorig jaar nog op het podium stond bij de 50 plussers, is deelname dit jaar onvermijdelijk. Er moet alleen nog een wetsuit komen want zwemmen in buitenwater is toch het leukste wat er is.

Tussendoor schreef ik me ook maar in voor twee korte wegwedstrijdjes over 10 km in Wierden (wiezoloop) en de Lutte (dorpsloop). Daarvoor lopen we als AC TION Ultrateam nog de 11 Stedentocht in estafettevorm waarbij we vooraf al uit zijn gegaan van een gemiddelde snelheid van 15 kmh.
Dus, tijd om ook iets aan de snelheid te gaan doen. Intervalwerk tijdens de eerste ‘ik pak de draad weer op’ week. Het ging niet vanzelf maar viel me eigenlijk niet eens tegen.
Ondertussen wist Arenda Scherpenkate te finishen op het WK trail, behaalde Jan-Albert Lantink een eerste plaats en Leonie Van den Haak een derde stek bij een rondje om een meer. Inspiratie volop.


Kortom, het loop- en sportvirus begint weer te kriebelen.

Echte jeuk kreeg ik eigenlijk toen ik de site van de Spartathlon weer eens bezocht. Een klik op de wachtlijst en spontaan de kriebels. Stond ik eerst op nummer 63, later op nummer 42 en nu plots op plaats 25. Het zal toch niet waar zijn. Het zijn er nog steeds 25 maar ik wacht toch nog even met me in te schrijven voor het EK masters 100 km in Winschoten.

maandag 18 mei 2015

BATA solo race


Het maakt niet uit hoe lang, als ik maar aankom.Toch moet ik toegeven dat deze intentie na een 100 km snel vervaagde. Ik was kapot, leeg, energieloos. Het liep de hele dag redelijk, niet super maar toch beter dan ik verwacht had na een paar dagen keelpijn en verkouden te zijn geweest. Om 8.02 uur (of iets later) startte deze Bata-Solo in Nijmegen. Door beide dochters werd ik naar de ‘start’ gebracht waar John en Simon al stonden te wachten. Eerst de lus in Nijmegen, samen met Janeri en vervolgens op pad. We volgen de route van de Batavieren estafette loop. Gedurende de dag blijkt dat onze GPS route niet geheel klopte. Het wordt een echt avontuur want meermalen zijn we de volgwagen kwijt of volgt het ene lusje het andere lusje op. Mooie delen worden gevolgd door erg saaie stukken. Een lusje op een industrieterrein wordt gevolgd door een tweede en een derde lusje. Ach, we houden de lol erin. In de achterhoek stappen we over op de papieren beschrijving van de route. Voeding gaat goed, de sfeer zit erin. Plots steekt misselijkheid op en lukt het niet om brandstof toe te blijven dienen.Dankzij John lukt het om na een dikke 100 km weer op pad te gaan. Ik hoor hem met iemand praten dat we het zeker gaan halen. Hij wel, denk ik.  John pakt door, geeft me soep, een knakworstje (brrr), een broodje, zet me in de warme auto en na een half uurtje voel ik dat het weer moet lukken. We gaan blok voor blok afwerken. Nemen pauze als het nodig is. De eindtijd doet er niet toe. Ait Verdan noar Enskede.

Dit werkt. Drinken en eten lukt tijdens het lopen niet en dus lassen we meermalen bijtankmomenten in. De auto in, voorzichtig wat drinken (thee met suiker en chocolademelk verdraag ik redelijk goed) en weer op pad als het voldoende aanvoelt. Dankzij de supergoede zorgen van dit team, naast John Roring bestaande uit Simon Engelberts, Gerard Koning, Marjolein Stegeman en mijn lief Jannet Huisman, lukt het om de gang er steeds weer in te zetten. Vanaf dat paaltje weer hardlopen. Soms lopen we fout. Zware momenten om weer terug te moeten lopen. Een donker pad en dan plots een heel erg groot hek. Terug, verder lopen is onmogelijk. Door de donkere Achterhoekse nacht kruipt Haaksbergen dichterbij. Dronken mensen op straat kijken verbaasd. Wie is hier gek!?
Je ritme is goed ! Opbeurende woorden van Marjolein. Door haar wordt mijn loopritme mijn loopmantra: ik concentreer me op mijn ritme, tik tik tik, en draaf de kilometers weg zonder ergens anders aan te denken.
Haaksbergen.
Nog twee blokjes. Een egeltje in Boekelo ziet ons niet gaan of staan, het huis van de Keulstra’s,  bij de Grolsch fabriek nog één keer lekker kotsen (toeval?) en dan eindelijk Enschede. Het is vier uur in de nacht. We zijn 20 uur onderweg. De laatste lus naar de UT. Ik wil in stijl finishen en trek het tempo omhoog. Emotioneel ‘finish’ ik deze BATA-solo race. Eeuwige dank aan dit team. We hebben het samen geflikt.
Waren het 170 km, 175 km, 165 km: we hebben geen idee. In ieder geval waren we wel de eerste die de Batavierenrace solo afgelegd hebben. Hardlopen van Nijmegen naar Enschede: wie verzint het.


 
 
 

foto's Marjolein Stegeman en Jannet Huisman

woensdag 29 april 2015

ReggeRenners




Spierpijn ! Ik heb twee dagen later gewoon nog spierpijn. In mijn ‘achterarmen’!
Hoe het kan, het kan.
De hardlooptocht van Jeroen Machielsen langs de Regge was een waarlijk volksfeest. Bij het vertrek liep ik het eerste uur een beetje te balen. Mijn benen voelde nog wat moe van Limburg en mijn horloge had plots geen zin meer om een verbinding met boven te maken. Verstoken van informatie over afstand, snelheid en gemiddelden besloot ik gewoon lekker te volgen. De lucht werd steeds blauwer, het gras groener en het humeur beter. Dit soort tochtjes zijn de kers op de taart. Helemaal als je met drie ventjes op pad bent die ook gewoon over prikkeldraad kruipen, dwars door weilanden crossen, zich van bordjes ‘privé, geen doorgang’ niets aantrekken, bangerig de oudste van het stel laten uittesten of er stroom op een draad staat, die op ‘zou deze het wel houden’ bruggetjes eens lekker gaan staan springen, die zich laten wegjagen door schuttersfeestboeren, genieten van koffie met appelgebak, genieten van een blikje cola en na ruim 60 km nog gaan sprinten om er als eerste te zijn.
En als ze de tocht er dan op hebben zitten gewoon nog een stukkie terug rennen omdat de cameraman te laat was en er toch wel een eindshot moet komen.
 
De spierpijn tovert een grote glimlach tevoorschijn.
Koningsdag 2015 wordt opgenomen in het mooiste rijtje. De ReggeRenners kwamen, zagen en overwonnen. En Jeroen schreef er een mooi verhaal over.

maandag 20 april 2015

Limburg Gold


Kwart voor vijf gaat de wekker. Slapen was meer wat dommelen maar desondanks zijn we vlot uit de veren. Onze buren hoor ik door het dunne wandje heen snurken. Het ‘hotel’ was goedkoop, de kamer minimalistisch, de service goed want gisterenavond kregen we een mooi ontbijtpakketje. Het is fris, ijs op de autoruiten door nachtelijk Heerlen naar de startlokatie. KOFFIE !! Broodje met hangen en wurgen naar binnen werken, nog meer koffie en dan mogen  we eindelijk op weg.
De hoofdlamp kan na een kwartiertje al uit, het beloofd een heerlijke dag te worden.
Samen met maat Frank Vastbinder en een Belgische loper vliegen de kilometers en de uurtjes voorbij. De verzorgingsposten zijn geweldig: cola, cake, wafels, chips, zoute stengels en natuurlijk Limburgse vlaai. Het tempo ligt lekker, de eerste halve marathon in twee uur. Daarna wordt het parcours toch wat zwaarder: wat steilere heuvels,  zompige grasvelden, akkers, knollenvelden. De bewegwijzering is perfect: we lopen slechts twee keer verkeerd vooral veroorzaakt door eigen onachtzaamheid.
Als na 50 km blijkt dat we aardig voorin zitten krijgt de Belg plots de geest: hij gaat op kop lopen en daar waar hij eerst heuvelop bij de steilere stukken wandelde, rent hij nu omhoog. Frank moet even passen maar weet later toch weer aan te sluiten. Het is zonnig maar de wind wordt sterker. Ik trek er even stevig aan om die Belg wat te klieren. In een donkere tunnel wordt het letterlijk en figuurlijk even zwart voor de ogen. Het pad is smal en de beek die ook door de tunnel stroomt ziet er niet al te aantrekkelijk uit. Bij post 7 op ruim 70 km eten en drinken we extra veel. Frank en de Belg gaan hun laatste 10 km in. Ze lopen een goede wedstrijd. Mijn lus van 20 km start hier en na 500 meter is er geen lintje meer te bekennen: wel erg veel fietsers die de Amstel Gold race voor recreanten fietsen. En laat zo’n oelewapper nu net zijn fiets voor onze bewegwijzering gezet hebben. Na een tijdje zoeken kom ik daar achter. Eenzame kilometers volgen. Ik zit er wat doorheen en voel verschillende blaren opkomen. Dit in combinatie met de hobbelpaden maakt dat het lopen niet lekker meer gaat. Bij post 82 km doemt er plots een andere loper uit het bos op. Een lange, jonge gast. Heuvelop wandelt hij en ik probeer meteen maar weer een gat te slaan. Op de weg maakt hij veel vaart en voel ik de blaren onder mijn voeten extra goed. Een felle pijn in mijn kleine teen duidt erop dat deze blaar open gegaan is. Ik moet even wandelen, even bijkomen. Met grote passen loopt hij weg. Post 91 km en het aftellen kan beginnen. De route blijft zwaar, de wind is sterk, vooral tegen. Nog 5 en dan plots weer een post: die was ik even vergeten. Op gang komen lukt nog net en net binnen de 11 uur (10.55 uur) zit deze schitterende en toch wel zware 102 kilometer, met ruim 3000 hoogtemeters erop. Moe maar niet gesloopt hoor ik dat ik derde ben. Frank mag supertrots zijn met zijn zesde stek.

Wat ons betreft verdiend deze Limburg Zwaarste veel meer aandacht en deelname.
Iets na negen uur ’s-avonds volgt de tweede uitdaging van deze dag: weer uit de auto komen.
 
Zondag loop ik lekker niks. Op de fiets mag ik meefietsen met de AC TION toppers Simon, Kö en Melvin die, net als vele andere clubgenoten, een geweldige Enschede Marathon lopen. Aansluitend oogjes kijken in het finish gebied van deze oudste marathon van Nederland.  Aansluitend een leuke afterparty bij Runnersworld Enschede.
En daarna vielen de oogjes vanzelf dicht.

maandag 6 april 2015

Tien van de halve van Hengelo

Okee, okee misschien was het niet zo verstandig om te doen.
Na een week van bijna 180 km waaronder op vrijdag 55 km en op zaterdag een kleine 40, op maandag meedoen aan een WEDSTRIJD over 21,1 km.
Maar ach, ik ben de slimste en waarom ook niet. De beentjes voelen prima, iets last van de knie maar een stukkie tape kan soms heel veel doen.

Inlopen: het voelt lekker.
Steigerungen: het voelt lekker.
Startschot: oei, dat gaat wel heel erg hard.
Op gang komen en na een snelle eerste km (3.37) even wat stabiliseren (2 keer 3.47), de kop over geven (3.49) en dat gaat te langzaam dus weer kop overnemen (3.44).

En dan begint er iets in mijn rechterbil te trekken, al snel gevolgd door een trekkende hamstring. Proberen iets te ontspannen (3.45) om vervolgens het tempo er even helemaal uit te gooien. Het voelt alsof er ieder moment iets kan knappen (4.35). Weer op gang proberen te komen (3.56) achter Simon aan maar heel duidelijk wordt aangegeven dat de spier echt op scheuren staat en de maximale snelheid drastisch bijgesteld moet worden (5.05).
Na wat rekken kan ik of stoppen of deze halve marathon rustig afmaken. De komende kilometers hobbel ik wat door in een tempo van 12 – 13 kmh. Over de finish in 1.37, tevreden dat de schade zeer beperkt lijkt te zijn en dat die eerste 5 km toch best wel lekker hard gingen. Stel je voor, had ik door kunnen lopen.
Over twee weken de 100 km tijdens Limburg Zwaarste, snelheid is dan van iets minder belang.

maandag 23 maart 2015

.kloar


Ik ben er weer klaar mee. Het is  genoeg geweest. Genoeg gezeurd, gepiept, gemekkerd. Genoeg pijntje hier, herstellen van daar en gezoek naar iets anders.
Ik had een plan en ik heb een plan.
Dat die Grieken met hun loting en hun miezerige acties om regels op hun manier uit te voeren mijn deelname aan de Spartathlon verknallen is tot daar aan toe. Dan niet. Maar het weerhoudt mij niet om door te gaan met tochten te willen lopen die me ‘best wel leuk lijken om eens te gaan doen’.  En laten dat nu vooral tochten zijn waar geen grootse organisatie achter zit, geen inschrijfprocedure, geen limieten, geen doktersverklaringen.

Limburg zwaarste, de BATA solo. De Hermansweg. De Handelsweg in twee dagen. Hardlopend naar Hans en Winnifred of vanaf hen weer naar huis lopen. Die heuvels in Engeland die Jolanda Linschooten ooit wist te bedwingen (moet ik wel nog kaart en kompas leren gebruiken). Triathlonnetjes. En wie weet wat er nog allemaal langs komt vliegen. De Halve van Hengelo, omdat het kan.
Ik ben er weer klaar voor. Maandag pak ik de draad weer op. Maandag was vandaag.

My run goes on.

zondag 15 maart 2015

.Niet leuk

Als voormalig dienstweigeraar een wedstrijd lopen op militair terrein is vragen om problemen. En ondanks voldoende lichamelijke signalen vooraf toch gewoon weggaan op een vooraf bedacht schema is vragen om nog meer problemen.
De zes uurs van Münster werd gehouden op het terrein van Kazerne Lutzow. Vooraf aanmelden is normaal bij een wedstrijd maar om ook je support teamlid aan te melden is wel weer bijzonder. Parkeren buiten het militair terrein, je aanmelden bij de portier (paspoort controle) en een ronde van 2,5 km over een volledig verlaten terrein. Bijzonder, dat wel.
Het start finish gebied omvat twee grote boogtenten met aan weerskanten tafels met allerlei versnaperingen. Iedereen heeft een hardplastic beker met zijn nummer erop. Die beker kun je in de tent zelf vullen met water, cola, thee. Opdrinken, beter terug zetten en op weg gaan voor de volgende ronde.
Zoals gebruikelijk moet ik tijdens deze wedstrijd een ‘sanitaire stop’ maken. Meestal kost dat vrijwel geen tijd. Kwestie van een geschikt boompje zoeken. Alleen was bij deze wedstrijd vooraf iets gemeld over ‘absoluut verboden’ en zag ik werkelijk niemand bij een boom staan. Wel gingen tijdens de doorkomst door de tent vele lopers een gebouw in. Ik moest op een gegeven moment echt heel nodig maar durfde niet Hollands brutaal te zijn. Er liepen her en der ook militairen rond !! Dus ook maar het gebouw in, trap omhoog, gang door, links de Herren. Gelukkig kon ik de weg naar buiten ook weer vinden.
Bij ultra’s lopen soms bijzondere mensen.
In Münster liepen heel bijzondere mensen. Een wat oudere dame waarvan ik, toen ik haar de eerste keer inhaalde, al dacht dat ze een beroerte had gekregen. Ze liep helemaal scheef, strompelde zowat en keek niet echt vrolijk.  Na 3 uur liep ze er nog zo bij.
Een ‘oermens’ in camouflage onderbroek, berenvelletje als shirt en ijsbeerschoeisel. Met een heus zwaard en viking helm liep ook hij zijn rondje. Een man op ouderwetse gympies. Twee blootvoeters. Een man die met armen en benen nog extremer zwaaide dan mijn neefje.
Het rondje van 2,5 km was niet rond maar eerder een aaneenschakelijking van lusjes. Na de start al vrij snel een strook boomsnippers langs een hek. Een smal pad van zo’n 500 meter gevolgd door een drekkerig stukje weiland. Op zich prima te doen maar de drekzooi werd één grote glibberbaan en blijkbaar gebruiken heel veel lopers zo’n zes uurs om gezellig bij te praten en doen ze dat het liefste met 4 – 5 man naast elkaar in een zeer gezapig tempo.

Voor de rest was deze zes uurs er één om hel snel te vergeten. Het liep al na 2 uur niet en na 3,5 uur was de motivatie volledig weg.
Daags erna was het  een genot om de vele lopers bij de Woolderes te zien rennen. Beide dochters liepen een zeer goede 5 km. Das dan wel weer leuk.

donderdag 12 maart 2015

loos


En zo klopt de leader van dit blog plotseling niet meer.
Enkele weken nadat ik mij kwalificeerde voor de Spartathlon (8.13 op 100km) kwamen de nieuwe regels uit Griekenland. Met mijn 100 km tijd kwam ik niet in aanmerking voor directe deelname en dus was het afwachten op de loting. Ik had goede hoop, bleef goede hoop houden en trainde keihard door. Vanochtend viel het doek en sta ik nummer 61 op de wachtlijst. Geen Spartathlon in 2015.
Het voelt erg zuur. Hoewel ik niet naar anderen wil kijken die wel op de deelnemerslijst staan merk ik dat ook dat in mijn gedachten meespeelt. Henri beschrijft het erg mooi op de website van Ultraned. Het is niet anders.

En nu? Conditioneel ben ik aardig in vorm. Eigenlijk zonde om daar niks mee te doen. Het is voor nu de vraag of ik me kan opladen voor bijvoorbeeld de 24 uurs van Steenbergen (9 mei)  of deelname aan de 100 km van Winschoten in September (onder de acht uur, dan is die in ieder geval binnen).
rechts afgeslagen
Het is maar hobby, er zijn ergere zaken op de wereld maar balen is het wel.

maandag 9 maart 2015

echo 6: Wilkomme

Foto: Jan-Albert
Als lopers zijn we gastvrij.
Iedereen die voldoende conditie heeft mag meelopen. 
Je doet er slim aan jezelf niet te overschatten. We houden wel wat rekening maar ook weer niet dusdanig veel dat onze eigen training eronder lijdt.
Zo lopen er regelmatig lopers met mij of met onze atletiekvereniging mee.
En zo loop ik zelf ook wel eens met anderen mee.

Zondag gingen we niet al te vroeg op weg vanaf de Luiseturm bij Borgholzhausen. Frisjes bij het vertrek, een koude wind bovenop de heuvelflanken. Ik loop met Jan-Albert mee en Arenda loopt weer met ons mee. Na een kilometer of tien sluit Jeroen aan en na 21 km keert Arenda weer om. Halverwege de tocht in Bielefeld (30 km) bood een toiletvoorziening altijd de mogelijkheid onze bidons opnieuw te vullen. Een grondige renovatie maakt dat er plots een toiletjuffrouw me achterdochtig aankijkt. In mijn beste Duits vraag ik haar om wat water en de hoofdknik vertaal ik maar als goedkeuring. Als echt HOLlander maak ik ook maar even snel gebruik van de schitterende nieuwe wc.
Entschuldigugn aber ich habe kein geld bei mich.
Jan-Albert besluit dat hij nog wel voldoende te drinken heeft.


Foto: Jan-Albert
Ons retourtje gaat traditioneel wat sneller.
Jeroen veegt onze oren tijdens de afdalingen. Gelukkig loopt hij ergens verkeerd en zijn we een tijdje verlost van zijn tempo’s. 
De één na laatste flinke beklimming gaat op het tandvlees. Ik kan Jan-Albert nog net volgen. Halverwege geeft hij kop over en volgt hij mij. 
Bij de mast moeten de handen even op de knietjes. Nog één echt zware voordat we de grote cola verdiend hebben.
Jeroen stopt, zijn training zit erop. Nog ruim 9 km,huphup in de benen.
Volgen, volgen, volgen.
Nog even naar de burcht in Borgholzhausen.
In looppas naar boven, wandelaars kijken verbaasd, kinderen grijnzen, terrasjes zijn gevuld. De handen moeten weer even op de knietjes. Ik sta nog maar net uit te hijgen of een nette man (een man in een net pak) zegt dat ik weg moet want dit is geen sportplatz. 
Weinig willkomme maar voor ik vertrek vul ik nog wel snel even mijn bidon bij de wc.


Naar beneden, het dorp door, twaalf, dertien kmh. 
Oversteken en de klim naar de Turm. Jan-Albert schuifelt omhoog richting het bos. Mijn benen lopen volledig vol. Even wandelen, bidon leegdrinken en in een piepklein looppasje naar de grote cola. Gastvrij worden we ontvangen door achterdochtig kijkende mensen. Na een halve cola vragen ze hoeveel kilometer we vandaag afgelegd hebben.


Doch nicht laufend? Doch wel.

vrijdag 20 februari 2015

Echo 5


Het doel: Sparta.
De focus: strak.
De inzet: grenzeloos.

Een dozijn Nederlanders is zich fysiek en mentaal aan het voorbereiden op de Spartathlon 2015. Hoewel voor slechts een tweetal deelname gegarandeerd is wordt er nu al hard getraind. Ook door de anderen die nog niet zeker weten of ze 25 september aan de start bij de Akroplis zullen staan.
De eerste twee maanden van mijn voorbereiding zitten er bijna op. Twee maanden die om zijn gevlogen en waarbij het weekgemiddelde schommelde tussen de 135 en 200 km. Dagelijks ben ik met deze wedstrijd bezig. Tijdens trainingen visualiseer ik de momenten waarop het extra mooi of extra zwaar was. De doorkomst in het dorpje waar oude vrouwen en meisjes bloemetjes voor mijn voeten gooiden om me welkom te heten. Het moment midden in de nacht, hopend dat een bekertje warme thee door mijn lichaam opgenomen zou worden. De aankomst van lopers in Sparta. Het lijkt allemaal zo ver weg.

Nog een week en dan sluit de inschrijving.
De limiet van 390 deelnemers is ruim overschreden. Ergens in maart zal de loting plaatsvinden. Ik denk niet dat een goed woordje van Jeroen Dijsselbloem veel goed kan doen voor ons Nederlanders.
Ik ga er dan ook maar van uit dat ik erbij zit.

En dus staat er ook zondag weer een lange duurloop in Duitsland op het programma. Jan-Albert, Leonie en ik vermoed een groot deel van de anderen die zich ingeschreven hebben zijn dan al onderweg, ergens in Nederland.
In stilte, bijna anoniem, bereiden we ons voor. Trainen we lichaam en geest. Visualiseren en gaan we door.

Doel, focus, inzet: Spartathlon 2015.

woensdag 11 februari 2015

Echo 4: UP


Ik sta op.Ik moet opstaan maar alles voelt alsof het beter is om te blijven liggen. Hoewel het niet echt koud meer is, en ook niet stikkedonker, is het bed veel te aangenaam. Lekker warm, zacht, donzig, deels gevuld met mijn meisje. De eerste etappe van deze nieuwe dag is omhoog komen, benen eruit en even blijven zitten. Het lijf voelt de zware training van gisteren (interval 6 keer 600 - 1200). Van eergisteren bij Fysiogym (serietjes van 90). Van eer-eer gisteren (heuveltjes met JAL). Vooruit. Hoewel ik niets hoor kraakt en piept het aan alle kanten. Vanmiddag een duurlooprondje met het hondje, vanavond training geven aan de GEAS. Alles bij elkaar een kleine 30 km. Aaaah, nee, niet.
Een kilometer of zes, zeven zit er op. Het loopt boven verwachting lekker en het hondje vermaakt zich op de grasvelden bij het Ruthbeek. In de verte komt een andere loper aan. In korte broek, makkelijke pas, mooie stijl. Edwin Veenstra heeft zijn trainingen weer opgepakt. Een hardloper in hart en nieren. Ik schat dat we samen ongeveer een mensenleven hardlopen. Edwin loopt mee op en de hele training is in een mum van tijd over. En als ik dan in de koelkast ook nog een restje tortillas vindt kan ook deze dag niet meer stuk.

zaterdag 31 januari 2015

echo 3: lopen, lopen, lopen

De vorm groeit.

Het maakt niet uit of het regent, hagelt, stormt. 
Zelden maken de omstandigheden dat ik er niet op uit trek. 

Eigenlijk bijna nooit.
Okee, ijzel.
Als het ijzelt ga ik niet lopen. Of een zware blessure moet roet in het eten gooien. En dan moet het ook echt beter zijn om even niets te doen. De pijntjes van afgelopen maand waren soms reden om een heuveltraining te vervangen door een vlakke. 
Verder ging eigenlijk alles volgens plan en zelfs beter dan volgens plan.

Nieuw, of liever gezegd: terug van weggeweest is de wekelijkse krachtsessie bij Fysiogym. Ik merkte steeds vaker dat ik aan het einde van langere lopen wat ingezakt ging lopen. En dus lig ik te zweten op een matje, keurig op een handdoekje, samen met andere sporters die revalideren van een blessure. Krachttraining zonder ook maar één apparaat aan te raken of zonder ook maar één gewicht op te tillen. En toch is de training dusdanig zwaar dat de sporttas na zo’n sessie aanvoelt als een zak vol stenen.


Januari telde 31 dagen. De moraal is redelijk goed. Eén absolute rustdag, gemiddeld ruim een halve marathon per dag. Het accent ligt op snelheid, inhoud en niet al te lange duurlopen. 
Komende maand hetzelfde recept waarbij de duurlopen op mogen lopen, de heuvels hopelijk wat vaker bezocht worden en er een laatste prikkel gegeven wordt aan het beetje snelheid wat er nog ergens inzit. 
Verder groeien, verder bouwen, de basis zo breed mogelijk maken.

maandag 12 januari 2015

Echo 2: Broodlopert


Pam Smith is een bijzonder goede ultra loopster uit Amerika. Dit jaar loopt ze het WK 100 km in Winschoten.
Pam Smith schreef een leuk  blog over Sponsorships.

Hoe kan het dat de ene atleet sponsoren aan zich weet te koppelen en de andere atleet niet. Een interessant stuk vergelijkbaar met de situatie in Nederland waar sommige (ex-) topsporters vrijwel dagelijks in de media te zien zijn en anderen van vergelijkbaar niveau vrijwel nooit.


Een jaar geleden sprak ik Benno Schildkamp.
Benno verzorgd lezingen over zijn bedrijf in relatie tot voetbal. Met veel humor en Twentse nuchterheid vertelt hij over ‘Food Connect’.
Benno was enthousiast toen hij hoorde wat is zoal na werktijd onderneem. Volgens hem moest ik mijn loopervaringen ‘commercialiseren’ in de vorm van een lezing voor het bedrijfsleven. Een lezing over de relatie tussen ultralopen en ondernemerschap. Daarnaast zou ik een selectie van mijn loopverhalen kunnen bundelen en in de vorm van een boekje  aanbieden. 
Ook anderen die ik over dit idee sprak waren enthousiast.
Extra inkomsten is altijd leuk en tijdens duurloopjes dacht ik hier meermalen nog eens over na.

Toch ga ik het niet doen.

Nog afgezien van de tijdsinvestering voel ik me  ongemakkelijk om een verhaal te houden over een slechts gedeeltelijk gelukte tocht. Het voelt als een marathonloper uitnodigen die slechts een halve heeft gelopen. Het wordt een ‘net niet’ verhaal.
En over net niet hoef je niet op te scheppen. 
Laat staan ermee de boer opgaan.

zondag 4 januari 2015

Echo1: moeizaam

Moeizaam.
De kop wil wel maar de benen lijken verkeerd onder het lijf te staan. 
Of wil de kop eigenlijk ook niet. Is het teveel met andere zaken bezig. Piekerzaken die maken dat ik 's-avonds als een blok in slaap val, 's-ochtens alles behalve fit weer opsta en als ik niet uitkijk ik telkens opnieuw op de bank in slaap sukkel.
Het zonnetje schijnt, zonder eten of drinken meegenomen te hebben zie ik wel wat deze training brengt. Vlak voor het WitteVeen besluit ik linksaf Duitsland in te hobbelen. Via de Haarmühle weer terug naar Nederland en met een lusje vlak voor Haaksbergen weer richting Enschede. Ik loop maar het loopt niet echt. Ruim 30 kilometer onder een waterig zonnetje.
Het maakt niet uit. Niks moet hoewel een driecijferig weektotaal leuk is. Gewoon, omdat dat leuk is. Een kleine oppepper. Een soort valse start van een programma dat morgen pas start.
In negen maanden klaarstomen voor de Spartathlon.
Met als tussendoortjes de 6 uurs van Münster, Limburg Zwaarste, de route van de Batavierenrace als solo-loper en een trainingskamp eind september in Zwitserland. 
Het gaat me lukken.
Morgen start het programma: ondersteunende krachttraining in de zaal van Fysiogym.
Vanavond moest er nog een lastig Helmerzijde familiebezoek uitgevoerd worden.
Ook daar gaat een behandelprogramma stap voor stap.
Je zou wel sneller willen maar sneller is niet altijd beter.
Stap voor stap.
Van 103 kilometers deze week richting 250 km in de topweken.
Negen maanden met echo's die vertellen hoe het er aan toe gaat.